Skip naar content

Doel 13

Schadelijke subsidies afschaffen

In 2030 zijn overheidssubsidies voor activiteiten die schadelijk zijn voor biodiversiteit afgeschaft.

© Anton Eprev
Anton Eprev

Het afschaffen van schadelijke subsidies zal een grote winst opleveren voor de kwaliteit van milieu en natuur. Het vormt daarmee een randvoorwaarde voor het herstel en verbetering van de biodiversiteit.

Over schadelijke subsidies

show-answer

Onder schadelijke subsidies verstaan we de financiële overheidssteun aan industrieën of activiteiten die schade toebrengen aan natuur en milieu. Deze subsidies kunnen verschillende vormen aannemen, zoals belastingvoordelen, rechtstreekse betalingen, garanties op leningen, prijsondersteuning of wettelijke vrijstellingen. Schadelijke subsidies zijn bijvoorbeeld belastingvoordelen gericht op vervuilende industrie, of directe inkomenssteun aan landbouwbedrijven die grote hoeveelheden water, pesticiden en kunstmest gebruiken.

Ook gaat het in Nederland om subsidies voor de intensieve veehouderij die grote hoeveelheden ammoniak uitstoot. Dit leidt allemaal tot bodemdegradatie, verontreiniging van grond- en oppervlaktewater en verlies aan biodiversiteit. 

show-answer

Naast het opvoeren van de investeringen in natuur (zie ook Doel 12) is het minstens zo belangrijk om subsidies die schade veroorzaken aan natuur en milieu af te schaffen. Het gaat daarbij om aanzienlijke bedragen. Alleen al de jaarlijkse subsidies door de Nederlandse overheid aan fossiele industrie worden geschat op 17,3 miljard euro.

Het afschaffen van subsidies die indirect schade toebrengen aan de natuur en het milieu zal grote winst opleveren omdat die subsidies vaak verband houden met de achteruitgang van de milieukwaliteit; denk aan stikstofuitstoot, waterverontreiniging en verdroging door te diepe ontwatering. Om dit een halt toe te roepen is het essentieel dat schadelijke subsidies worden afgebouwd. Deze doelstelling is overgenomen uit het mondiale Biodiversiteitsverdrag (CBD).

 

show-answer

Er is een schadelijk effect op de biodiversiteit wanneer bijvoorbeeld de leefomgeving van dieren en planten wordt verstoord, als klimaatverandering wordt versneld door de uitstoot van broeikasgassen, of als het milieu verslechtert door te veel mest en gewasbeschermingsmiddelen. 

Nederland heeft zich al in 2011 verbonden aan de internationale CBD-afspraak om subsidies die schade kunnen veroorzaken aan natuur en biodiversiteit aan te passen, te vergroenen of af te bouwen. De afspraken zijn eind 2022 uitgebreid op de biodiversiteitsconferentie van de Verenigde Naties in Montreal (COP15). Uiterlijk in 2025 moet Nederland alle regelingen tegen het licht houden. In 2030 moeten de subsidieregelingen natuur, milieu en biodiversiteit stimuleren in plaats van verslechteren. 

Uit een inventarisatie door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) blijkt dat een derde van de subsidies en belastingvoordelen die het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aanbiedt aan boeren schadelijk kan uitpakken voor de natuur. Van de 34 regelingen die RVO onderzocht blijken er 12 mogelijk negatieve effecten op de natuur hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om subsidies voor blijvend grasland die worden gebruikt voor hoogproductieve raaigrasland in plaats van kruidenrijk grasland, borgstelling die wordt gebruikt voor de uitbreiding van varkensstallen, of subsidies voor voorlichting die worden benut om de verkoop van producten uit de intensieve landbouw te promoten. 

Ook andere ministeries moeten in kaart brengen welke subsidies mogelijk leiden tot verslechtering van de natuur. Subsidies voor het gebruik van biobrandstoffen zijn bijvoorbeeld omstreden vanwege de impact op natuur in en vooral ook buiten Nederland. Ook in de bouw, energiesector en infrasector kan er sprake zijn van subsidieregelingen die de natuur schade toebrengen.

Hoe kun je de omvang van schadelijke subsidies meten?

Subsidies worden verstrekt door de rijksoverheid, provincies en gemeenten. Stap 1 in het meten van de omvang is het in kaart brengen van de subsidies die mogelijk een schadelijk effect hebben op de natuur. Dit moet gebeuren op het niveau van de overheid, provincies en gemeenten. Stap 2 is het onderzoeken van de daadwerkelijke effecten in de praktijk. Niet alle subsidies worden immers voor schadelijke activiteiten aangewend. Stap 3 is het bepalen van het totale subsidiebedrag dat naar schadelijke activiteiten vloeit.  

Deze indicator wordt momenteel nog niet gemeten. De meetmethode is nog in ontwikkeling.  Er zal gebruik worden gemaakt van een internationale systematiek die 'subsidies schadelijk voor biodiversiteit' classificeert en is uit te drukken in een absolute waarde, en als percentage van schadelijke subsidies in 2020.

Dit laten we zien in de volgende indicator

Indicator 13: Omvang afgeschafte schadelijke subsidies

Indicator 13: Omvang afgeschafte schadelijke subsidies

Deze indicator is nog in ontwikkeling.

Maatregelen

Wat kunnen overheden, natuurorganisaties en bedrijven doen om schadelijke subsidies af te schaffen?

Overheden

Overheden

De overheid is verantwoordelijk voor het verdelen van zowel Europese als nationale subsidies. De volgende stappen zijn nodig om de schadelijke subsidies af te schaffen en de positieve subsidies te bevorderen: 

  1. vaststellen van criteria voor schadelijke en positieve subsidies (voor biodiversiteit); 
  2. in kaart brengen van schadelijke subsidies;
  3. stoppen met het verlenen van schadelijke subsidies en versterken van de subsidies met een positief effect op de natuur.
Natuurorganisaties

Natuurorganisaties

Natuurorganisaties kunnen de overheid adviseren over de beste manier voor afschaffing van schadelijke subsidies. Daarnaast kunnen zij helpen bij het in kaart brengen van deze subsidies en de daadwerkelijke effecten daarvan op de natuur. 

Bedrijven

Bedrijven

Bedrijven kunnen zich sterk maken voor en meewerken om subsidiebeleid- en praktijk om te buigen zodat herstel van natuur en biodiversiteit wordt bevorderd (als speerpunt van hun maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO)). De krachten bundelen in vertegenwoordigende organisaties en platforms, bijvoorbeeld  BoerenNatuur en MVO Nederland, kan daarbij helpen.